Aan de zuidoostelijke rand van Eerbeek ligt het landgoed Huis te Eerbeek. Momenteel is hier het Fletcher Hotel gevestigd. Ze maken als hoofdgebouw gebruik van een pand uit de jaren ’70, gebouwd op de plaats waar eerder een boerderij stond. Ook het oude koetshuis en het voormalige kasteel worden door het hotel gebruikt. Het park wordt in samenwerking met Het Geldersch Landschap onderhouden. Men probeert daar de oude beplanting en structuren zoveel mogelijk terug te halen. Ooit hoorden er een oliemolen en een korenmolen bij het huis, die beide door sprengenbeken werden aangedreven.
Het kasteel zelf is waarschijnlijk oorspronkelijk gebouwd in de 14de eeuw. Wat er nu nog staat is de noordelijke vleugel van een kasteel dat bestond uit drie vleugels en een poortgebouw, met een gracht eromheen. Het is vermoedelijk een jachtslot geweest van de heren van Bronckhorst. Op een kaart uit 1642 is het huis al aangegeven. In de 17de eeuw is het bezit geweest van Goosewijn de Buyninck. Er is een tekening van het kasteel uit 1719: het ziet er daar nog echt uit als een vierkante burcht, maar misschien is de tekenaar meer op zijn fantasie dan op de werkelijkheid afgegaan. De eigenaar was in die tijd de heer Van Lamsweerde, die met een dame De Buyninck was getrouwd. Diens familieleden hebben het landgoed in bezit gehad tot aan het eind van de achttiende eeuw. Na verkocht te zijn aan de familie Van Wijnbergen werd het in 1749 eigendom van de familie Berns. De familie Berns liet het huis in de 19de eeuw verbouwen tot het witgepleisterde huis dat het nu is. In 1895 kwamen het huis en de grond in bezit van de bioloog professor Weber en zijn echtgenote.
In de tijd van professor Weber waren op de plek waar nu bos is grote vierkante kweekvijvers vol vissen. Hij was als bioloog zeer geïnteresseerd in allerlei soorten vissen, bomen en planten. Bij de vijver met de fontein staan nog twee prachtige moerascipressen, mooie rododendrons en ook een van de oudste catalpa’s van de regio, alle door de Webers aangeplant.
De Webers hadden geen kinderen. Maar dat er in het huis een aantal bijzondere dieren rondliepen zal niet verbazen. Er waren honden, maar ook een aap die Simpie heette en ’s avonds met een dekentje toegedekt werd, een civetkat en een kasuarisvogel met de naam Piet.
Zo nu en dan krijgt het hotel bezoek van mensen die iets met de geschiedenis van het Huis te Eerbeek te maken hebben. Laatst logeerde er een echtpaar waarvan de opa bewoner van de boerderij was geweest. Zo was er ook iemand die trots een bijbel kwam aanbieden die van zijn oma Janna Boendeke was geweest. Voorin stond een inscriptie van mevrouw Weber aan haar uit 1928. Zij werkte in de keuken en kreeg als dank een mooie bijbel cadeau.
Mevrouw Weber was zelf ook biologe. Zij was gespecialiseerd in algen en koralen en heeft net als haar man veel onderzoek gedaan waar nu nog op voortgeborduurd wordt. Zij heeft in 1903 ook een boek geschreven: Een jaar aan boord van H.M. Siboga. Dit was een schip waarmee het echtpaar in 1899 op expeditie is geweest, met name over de wateren rond het toenmalige Nederlands-Indië.
Weber gaf jarenlang college in Amsterdam en schreef op het landgoed in Eerbeek zijn haast onuitputtelijke reeks wetenschappelijke werken. Meer informatie over de Webers vindt u op de website in een tekst van Els Holsappel uit 2008.
In 1872 zijn er grote veranderingen aangebracht aan het hoofdhuis en is het huidige koetshuis gebouwd. In de tijd dat Max en Anna Weber in Eerbeek woonden is in de tuin van het koetshuis een hele rij grote kassen gebouwd waarin bijzondere planten werden gekweekt.
De Webers brachten veel andere wetenschappers ertoe om in Eerbeek een tweede huis te nemen. Ze waren ook zeer betrokken bij het dorpsleven. Zo richtte professor Weber samen met Meester Pannekoek de bijenmarkt op en was mevrouw Weber een van de oprichters van de Montessorischool in Eerbeek. Na het overlijden van mevrouw Weber werden het landhuis en de grond geschonken aan de bevolking van de gemeente Eerbeek. De gemeente verhuurde het huis en het park aan de Volkshogeschool. Dat is zo gebleven van 1947-1989. In dat jaar werd het huis ingericht als conferentiecentrum door de BV het Huis te Eerbeek.
De cursussen en conferenties liepen goed en mensen wilden ook wel graag blijven overnachten. Daarvoor werden eerst kamers gebruikt in het landhuis en het koetshuis, later werd op de fundamenten van de oude boerderij een nieuw hotelgebouw gezet. De eerste steen is gelegd in 1970. Tussen 1993 en 2009 zijn er vier verschillende eigenaars van het hotel geweest. Sinds maart 2009 is het hotel eigendom van Fletcher Hotels.
Tegenwoordig is het oude kasteelgebouw een populaire trouwlocatie, met bijzondere feestzalen. Het kan ook gebruikt worden als conferentieoord. Sympathieke oude details zijn bijvoorbeeld de schouw in de trouwzaal met mooie christelijke symbolen in het stucwerk. Ook de versieringen van het plafond in die zaal zaten er waarschijnlijk al lang voordat dit in de eerste helft van de twintigste eeuw professor Webers studeervertrek was. Het mozaïek op de vloer van de hal is mooi bewaard gebleven, net als details in het souterrain: een grote schouw, gemetselde bogen boven de ramen, met grappige hoofdjes versierde kraagstenen bij de aanzet van de gewelven. Het trappenhuis is aangelegd in de 19de eeuw en valt op door het prachtige houtsnijwerk.
Gasten van het hotel vinden de geschiedenis in veel gevallen interessant, de folders waarin dit wordt uitgelegd gaan na bezoek vaak mee in de reistas.
Dit verhaal is ook opgenomen in het boek: “Een kijkje achter de deur van.. monumenten in de gemeente Brummen”.