Toen in de 19de eeuw het landgoed de Zegerij werd afgebroken, is de ‘Grote Zegerij’, later de Zegerijstraat, aangelegd op de plek van de oprijlaan naar het landhuis. De straat loopt van het Marktplein naar de Cortenoeverseweg. Het rentmeestershuis aan de Zutphensestraat herinnert nog aan de tijd dat De Zegerij een landgoed was.
Het is goed te zien aan de huizen die er nu nog staan dat er binnen een vrij korte periode aan deze straat veel nieuwe huizen werden gebouwd. Een groot deel heeft de mooi bewerkte gevels die aan het eind van de 19de eeuw geliefd waren en ook de huidige bewoners zijn duidelijk trots op hun panden. De meesten hebben de roomwitte en donkergroene kleuren van het schilderwerk in ere gehouden.
Ter hoogte van de fietssluis op nummer 14-16 staat een opvallend hoog pand, dat in 1893 in opdracht van de gemeente gebouwd is als openbare lagere school. Het gebouw had twee grote en twee kleine lokalen, met een zolder erboven. Aan de achterkant was een aanbouw met wc’tjes. Aan de kant van het Marktplein, waar nu de Wethouder Giermanstraat ligt, was oorspronkelijk nog een mooie serre aangebouwd. Die is waarschijnlijk afgebroken om de nieuwe straat te kunnen aanleggen in de jaren ’50. Na de Eerste Wereldoorlog werd het gebouw een Franse School, die later Mulo werd genoemd. Goede leerlingen uit de twee hoogste klassen van de lagere school konden daar nog 6 jaar verder leren; ze kregen onder meer Franse les.
De meest opvallende versiering van de gevel is het houtsnijwerk aan de punt van de gevel, aan de kant van nummer 16. In de bogen boven de hoge ramen van het hele gebouw is afwijkend metselwerk te zien en de muurvlakken worden verlevendigd door vier horizontale witte banden.
Meer dan 40 jaar heeft R. Zoetbrood in Brummen als leerkracht aan de Mulo gewerkt. In een interview in de Twello Courant van 2 oktober 1964 vertelde hij over de volle lokalen en de onhandige indeling van het gebouw in de jaren tussen 1919 en 1954 toen hij er werkte. Alle deuren draaiden naar binnen waardoor de ruimte nog kleiner leek, de toiletten konden alleen buitenom bereikt worden. Hij had er na al die jaren nog weinig goeds over te melden: ‘Het was me toen wel wat, daar in dat ongelukkige “hok”aan de Zegerijstraat.’ De gemeente had ondanks beloftes geen geld om iets te verbeteren.
Zoetbrood vertelde nog over de leerlingen die er les kregen: ‘De Mulo gold vroeger meer als een soort elite-school. Ik begon hier met zegge en schrijve negen leerlingen in de klas. Alleen de kinderen van de beter gesitueerden waren in staat het voortgezet onderwijs te volgen. We hadden dan ook hoofdzakelijk kinderen van de middenstand en de “buitens”. Maar dat veranderde gelukkig al betrekkelijk gauw nadat ik in Brummen kwam.’
Uit de jaren ’40 stamt de volgende anekdote: kinderen die van ver kwamen mochten in de winter rond de kachel in het midden van het gebouw komen staan om op te warmen voor ze aan de lessen begonnen.
Het gebouw is toch steeds wel wat aangepast aan de eisen van de tijd. In 1913 werden houten vloeren in de school gelegd. Kennelijk waren die eerder van zand. Vanaf de jaren ’30 waren er klachten over tocht, de slechte toestand van de vloeren en over de stank van de wc’s. Met vereende krachten van leraren en leerlingen is er toen verbouwd en verbeterd zodat het toch weer als school bruikbaar bleef. In de jaren ’40 waren de lokalen overvol en werkten er 4 leraren. Van 1957-1968 heeft er nog een lagere landbouwschool in het gebouw gezeten. Voor deze school was het gebouw eigenlijk ook te klein en daarom bouwden ze in 1959 een houten loods van 8 x 15 meter in de tuin achter het huis.
Maar het pand is niet alleen als school gebruikt. In de jaren ’50 werd er ‘s avonds club gehouden voor de hervormde jongeren, en ook de muziekvereniging Amicitia en de Vrouwenbond mochten lokalen gebruiken. Van ongeveer 1970 tot 1985 werd het hele gebouw verhuurd als verenigingsgebouw aan de CJV, de jongerenvereniging van de hervormde kerk.
Ten slotte is het eind jaren ’80 verbouwd tot twee afzonderlijke woonhuizen door binnenmuren en tussenmuren in te bouwen en een tweede voordeur aan de Wethouder Giermanstraat te plaatsen. De voormalige ruime zolder is verbouwd tot een prettige lichte bovenverdieping met dakramen, grote slaapkamers en een badkamer; de vliering biedt veel bergruimte. Inmiddels is er gedeeltelijk dubbel glas aangebracht. Ook is er op de benedenverdieping een verlaagd plafond dat de voormalige hoge en tochtige schoollokalen wat knusser en beter te verwarmen maakt.
Tegenwoordig wonen er twee gezinnen die van harte genieten van de mooie oude buitenkant, in combinatie met de vernieuwde binnenkant van het pand.
Dit verhaal is ook opgenomen in het boek: “Een kijkje achter de deur van.. monumenten in de gemeente Brummen”.